Je kind heeft groeipijn
Kinderen groeien vanaf de zwangerschap tot aan de volwassenheid. In deze periode maakt het lichaam een enorme fysieke verandering door. Tijdens de groei kan er pijn ontstaan, zeker tijdens de periode dat een kind in korte tijd veel groeit, de groeispurt.
Op deze pagina geef ik meer informatie en handige tips bij groeipijn.
Wat is groeipijn
Groeipijn is bij elke fase in de ontwikkeling en bij elk kind anders. Het ene kind ervaart veel pijn en het andere voelt er nauwelijks wat van. De groeipijn komt meestal met vlagen die gemiddeld een kwartier aanhouden en gaat vaak gepaard met huilbuien, vermoeidheid en buik- of hoofdpijn. Het komt met names ‘s nachts voor.Groeipijn is echter niet te beïnvloeden, het voorkomen van de pijn is niet mogelijk. Wel kun je met een aantal dingen rekening houden.
De pijn tijdens een groeispurt is vaak het gevolg van een fysiologisch proces waarbij de botten als eerst in de lengte groeien en de spieren nog moeten volgen. De spieren worden hierdoor gerekt en dat kan pijn doen. De kinderen waarbij de botten dus in korte tijd veel extra lengte maken zullen de meeste pijn ervaren. De kinderen die een geleidelijke groei doormaken zullen over het algemeen minder klachten hebben.
Tips
1. Groeipijn komt het meeste voor bij de knieën en enkels. Er zijn twee aandoeningen die hiermee te maken hebben: Os Good Schlatter (knie) en Morbus Sever (enkel). Tijdens of net voor een groeispurt kan het handig zijn om zowel de
bovenbeenspieren als de kuiten van je kind regelmatig op rek te brengen. De rek mag net geen pijn doen en moet minimaal 60 seconde worden vast gehouden. Om daadwerkelijk de spieren wat langer te maken is er veel geduld en trouw oefenen nodig. Oefen elke dag, minimaal 6 weken.
Voorbeelden:
– Knie: Laat je kind op zijn buik liggen. Trek de enkel naar de bil en houdt dit circa 1 minuut vol. Doe dit aan beide zijden. De rek wordt als het goed is aan de voorkant van het bovenbeen gevoeld.
– Enkel: Laat je kind op de trap staan met zijn tenen op de rand. Laat de hakken zo veel mogelijk naar beneden zakken en houd dit circa 1 minuut vast.
2. Bij sommige kinderen werkt het om de aanhechtingen van de spieren wat extra ondersteuning te geven. Op deze manier worden de trekkrachten op de pees en de aanhechting aan het bot verminderd. Dit kan met behulp van een (tijdelijke)
brace of door het gewricht in te tapen met rekbare tape (kinesiotape). Maak in dit geval een afspraak bij een kinderfysiotherapeut.
3. Is je kind een actieve sporter? Houd dan rekening met de belastbaarheid van de spieren. Tijdens een groeispurt is het advies om de belasting op de spieren te verminderen door de intensiteit tijdens het sporten te verminderen.
Laat je kind altijd op geleide van pijn sporten. Op een schaal van 0 tot 10 waarbij 0 geen pijn is en 10 heel veel pijn is, mag je kind niet meer pijn ervaren dan een 6.
Om in te schatten of je kind in een groeispurt zit kun je gebruik maken van onderstaande link:
Let op! Zit de juiste tip voor jouw individuele situatie er niet bij of heb je twijfels of vragen? Neem dan contact op met een kinderfysiotherapeut of specialist.